Arnhem stad


Dit jaar beperkt het reizen zich tot uitstappen in Nederland. Met de fiets zal ik bepaalde streken verkennen. Ik ga een tweedaagse reis maken naar Nederland en rij met de wagen naar Arnhem. Daar zal ik een bezoek brengen aan de stad Arnhem, aan het openluchtmuseum en doe een fietstocht in het Nationale natuurpark de Hoge Veluwe. Op mijn tweede dag doe ik een fietstocht in Nuenen, nabij Eindhoven, en ga daar de Vincent Van Gogh fietsroute doen. Door steeds nieuwe plekken te ontdekken en er te verblijven krijg je energie en het vakantiegevoel te pakken. Nu zijn het mooie herinneringen aan de zomer van 2020, die er iets anders uitzag dan voorzien. 

Het is vroeg vertrekken met de wagen richting Nederland. Ik rij naar Arnhem en zal daar de stad gaan verkennen en het openluchtmuseum bezoeken. Arnhem is de hoofdstad van de provincie Gelderland. De mensen uit Arnhem spreken hun stad uit als “Ernem”. Ik parkeer bij aankomst de wagen op de parking van het openluchtmuseum in Arnhem. Met de fiets rij ik naar het stadscentrum van Arnhem. Ik passeer de ingang van Burgers’ Zoo, een 45 hectare groot dierenpark. Burgers’ Zoo onderscheidt zich van andere dierenparken omdat er grootschalig natuurlijke leefomgevingen zijn nagebouwd waar de bezoeker samen met de natuur en dier onderdeel van uitmaakt. 

Ik fiets in de vroege ochtend eerst door een statige groene laan met bomen, bloemen, fonteinen en standbeelden op de middenberm. Het meest opvallende standbeeld hier is het beeld van de god neptunus met de drietand in de hand. Ik fiets verder en rij de Arnhemse binnenstad binnen waar je de winkels kan vinden om te shoppen en leuke plaatsen om iets te drinken en te eten. Er zijn hier vele winkels te vinden, van grote winkelketens tot kleine nostalgische winkels. Je kan hier de cultuur snuiven en genieten van de historie en de architectuur van gebouwen. 

Ik kom eerst terecht op het Jansplein. Ik zie een koepelkerk centraal op het plein staan. Dit is de Sint-Janskerk, waar het plein naar vernoemd is. De kerk is rond 1200 gebouwd en in 1425 uitgebreid, nadat in de kerk een brand had gewoed. Rond 1817 is de kerk afgebroken, omdat het in een slechte staat was. In 1838 werd op dezelfde locatie de koepelkerk geopend. Het plein staat bekend om haar horecagelegenheden. Een ander gebouw dat mijn aandacht trekt was het voormalig postkantoor, omwille van zijn opvallende architectuur. Eigenlijk staat het krachtige oude postkantoor in rode baksteen nog in volle glorie. Dit gebouw is ontworpen door rijkbouwmeester Cornelis Peters en in 1889 gerealiseerd. Momenteel is in het voormalig postkantoor de horecaonderneming ’t Taphuys gekomen. 

Het vernieuwde concept in ’t Taphuys bestaat er in dat je zelf je eigen bier of wijn kan tappen uit een volledig elektronisch gestuurde bier- of wijntap. De unieke tapwanden met 100 verschillende soorten bieren en 80 wijnen staan centraal. Je betaald voor de hoeveelheid die je tapt, dit gaat per centiliter. Vooral leuk is dat er op deze manier verschillende bieren en wijnen geproefd kunnen worden. Naast het drinken van bier en wijn kun je er ook goed eten. Er is een mooie kaart aanwezig met allemaal lekkere hapjes voor de lunch, de borrel en het diner. Waarin ‘delen met elkaar’ centraal staat. 

Arnhem is, na de grote steden in het westen, de vijfde winkelstad van Nederland. De Arnhemse winkels vervullen een streekfunctie. Vanuit de verre omtrek komen kopers en kijkers naar de speciaalzaken in de binnenstad. Dankzij de rijke bevolking in de negentiende eeuw kreeg de stad ook een groot winkelbestand, want wie geld heeft, wil er ook graag iets van uitgeven. Arnhem kreeg warenhuizen, winkels en winkeltjes met vooral luxe koopwaar. Rond 1900 waren in Arnhem ongeveer 130 modewinkels en 24 boekwinkels gevestigd. 

In het stadscentrum tref je verrassend leuke modewinkels met meer keuze dan in de gemiddelde stad. Arnhem profileert zich steeds meer als modestad. Dit is niet toevallig. Sinds 1953 heeft de ArtEZ kunstacademie in deze stad een succesvolle modeafdeling. De afdeling voor modeontwerpen en modetekenen werd opgericht door de legendarische Elly Lamaker. 

Vervolgens kom ik terecht op de vijfsprong “Land van de Markt” in de Arnhemse binnenstad. Dit is het pleintje waar vijf verschillende straten samenkomen. Daar staat sinds 1993 een merkwaardig staketsel. Het is een roestvast staal/kunststof lichtobject van 11,5 meter hoogte en met een diameter van 160 centimeter. De straatlamp en kunst is bedacht door Gijs Bakker. Op elke hoek staat een prachtig gebouw. Het hoogtepunt vind ik het pand dat nu de ingang is van het Musiskwartier. Dit huis was vroeger een filiaal van de levensmiddelenketen De Gruyter en stamt uit het begin van de twintigste eeuw. Architect W.G. Welsink  (1859-1942) combineerde in zijn ontwerp elementen uit de, toen in de mode zijnde, jugendstil met elementen uit de opkomende zakelijkheid. Hierdoor ontstond een bijzonder gebouw met een gepolijste granieten gevel. Hij benadrukte in alles, dat de winkel een hoekpand was. De hoek springt als een gesloten erker wat naar voren en het balkon op de tweede verdieping versterkt de ronde hoek. Bijzonder is de kapverdieping met achtkantig torentje. In de vijf hoeken van de toren zijn op achttien meter hoogte vijf stadswapens afgebeeld van de steden waar De Gruyter filialen had: Utrecht, Arnhem, Den Bosch, Nijmegen en Amsterdam. In 2003 gaf de burgemeester het startsein voor de herinrichting van het Musiskwartier. De Amerikaanse architect Robert A. M. Stern ontwierp een plan voor het gebied met een nieuw winkelcomplex met daarboven drie appartementencomplexen. De creatie van Welsing werd verbouwd van winkel tot luxe entree van een winkelpassage, waardoor het winkelende publiek vanaf het Land van de Markt toegang kreeg. Hierbij werd de karakteristieke voorgevel gespaard. Een ander opvallend gebouw op de “Land van de Markt” is de horecazaak Le Cafe waar je op de gevel prachtige sculpturen kan zien boven de ramen. 

In het stadscentrum is het niet mogelijk en verboden om met de auto te rijden. Ik kom een klein kerkgebouw tegen en dit is het Kerkelijk centrum Catharinaplaats. Parallel naast de straat zie ik een waterbak die loopt tot aan het politiekantoor. Leuk om te zien waren de verschillende gekleurde plastiekflessen, die een regenboog vormen over de waterbak. 

Nadien ga ik kijken naar de Eusebiuskerk of Grote Kerk. Dit is de grootste en voornaamste protestantse kerk van Arnhem. Aan de kerk zie ik een groot ijzeren raamwerk waarin je de geschiedenis kan lezen van de Eusebiuskerk. De Eusebiuskerk weerspiegelt het historisch belang van de stad Arnhem. In de vijftiende eeuw besloten de Arnhemse kerk- en stadsbestuurders een kerk te bouwen die groter en representatiever moest worden dan de bestaande Sint-Maartenskerk uit de 10de en 11de eeuw. De kerk behoorde tot aan de beeldenstorm, die in Arnhem plaatsvond in 1578-1579, tot de Rooms-Katholieke Kerk. Vanaf die periode werd de kerk protestants en dit had grote gevolgen voor het interieur. Beelden, altaren, muurschilderingen werden verwijderd. Tegen het einde van de 19de eeuw verkeerde de kerk in een slechte staat. Er was een restauratie nodig die 36 jaar zou duren. Het kerkgebouw was tegen 1930 grotendeels opgeknapt. Vanaf 1865 kende Arnhem ook de Kleine Eusebiuskerk aan het Nieuwe Plein, die in 1990 gesloopt werd. Tijdens de Tweede Wereldoorlog werd de stad het toneel van de Slag om Arnhem, een historische luchtlanding en veldslag die van 17 tot 25 september 1944 plaatsvond, als onderdeel van Operatie Market Garden. De Eusebiuskerk stond middenin de vuurlinie en werd vrijwel volledig verwoest. Tijdens de gevechten tussen Britten en Duitsers brak brand uit in de kerk. Het houten interieur en de daken gingen verloren. Alleen de kapotgeschoten toren stak nog boven de ruïnes van de stad uit. Na de oorlog werd de kerk via een ingrijpende restauratie (1947-1964) opnieuw gebouwd. Nu wordt de kerk beschouwd als de icoon van de wederopbouw. De kerk doet tegenwoordig dienst als multifunctionele locatie. In de kerk zijn er exposities en spraakmakende events in het teken van de Slag om Arnhem. Jaarlijks vindt in september een conferentie plaats waarbij verschillende sprekers vanuit hun eigen persoonlijke overtuiging en ervaring vertellen over een oorlogs- of vluchtelingen thema. 

Je kan de toren bewonderen met zijn verschillende beeldhouwwerken en kraagstenen. Nabij de top van de toren zie ik een glazen uitzichtplatform op 73 meter hoogte. Ook aan de andere kant van de toren zie ik een tweede glazen uitzichtplatform. Dit panoramisch uitzichtpunt over Arnhem  bevindt zich op een hoogte van 81 meter. 

Naast de kerk zie ik een herdenkingsmonument van een Joodse gebedsrol naast een koffer op een breed voetstuk. Het is een monument ter nagedachtenis aan de Joodse Arnhemmers die vermoord zijn tijdens de Holocaust en de deportatie van de Joodse gemeenschap tijdens de Tweede Wereldoorlog. In de directe omgeving leefden destijds veel Joodse Arnhemmers die na deportatie overleden in concentratiekampen. 

Nabij de Eusebiuskerk zie ik het Focus filmtheater, dat zich bevindt op het Audrey Hepburnplein. Het wordt geëxploiteerd door de stichting Focus Filmtheater Arnhem. Het filmhuis heeft geen winstoogmerk en maakt als culturele instelling onderdeel uit van het gemeentelijke cultuurbeleid Arnhem. Het complex heeft 5 bioscoopzalen. De filmster Audrey Hepburn (1929-1993) heeft voor en tijdens de Tweede Wereldoorlog enige tijd in Arnhem gewoond. Zij was de dochter van een Britse bankier en een Nederlandse barones. Na de scheiding vestigde moeder zich met haar dochter in Arnhem. Audrey Hepburn zou later een van de beroemdste filmactrices van de twintigste eeuw worden. 

Op dit plein zie ik ook een beeld “Mens tegen macht” van beeldhouwer Gijs Jacobs van den Hof. Dit beeld stond vroeger oorspronkelijk rechts van de kerktoren, ongeveer op de plaats waar nu de nieuwbouw met het Focus Filmtheater staat. Het monument “Mens tegen macht” herinnert de inwoners van Arnhem aan de strijd die is geleverd in de Tweede Wereldoorlog en aan de herwonnen vrijheid en vrede. 

Hier op het plein zie je ook dat de Sint-Jansbeek terug in het centrum komt. De Sint-Jansbeek of Sonsbeek is een beek door Arnhem, die ontspringt op landgoed Zijpendaal en vervolgens door Sonsbeek en de Arnhemse binnenstad in de rivier de Nederrijn uitstroomt. De Sint-Jansbeek is in de vroege middeleeuwen de belangrijkste levensader van Arnhem. Niet alleen door de watervoorziening, maar ook doordat het snel stromende water van de beek verschillende watermolens aandrijft. Al sinds de 13de eeuw worden watermolens langs de St. Jansbeek gebruikt om graan te vermalen tot meel en papier te vervaardigen. Daarnaast werd de beek ook gebruikt door verschillende wasserijen. De St. Jansbeek toont zich hiermee van groot belang voor de ontwikkeling en de groei van de stad. 

Ik volg nu deze beek tot aan de rivier de Nederrijn. Vervolgens fiets ik richting John Frostbrug langs de Nederrijn. Aan de overkant van de rivier zie ik een scheepswerf. Nabij de brug staat er een luchtafweer kanon gericht op de John Frostbrug. Dit is het Airborne-monument op het Jacob Groenewoudplantsoen. Je kan hier op borden ook informatie vinden over de Nederlandse militair Jacobus Groenewoud. Jaarlijks vindt in september bij de brug een nationaal herdenkingsconcert plaats. De brug is het decor van menig film. De bekendste is ongetwijfeld “A bridge too far”. 

Arnhem heeft vanaf 1603 de Arnhemse schipbrug gekend, maar de groei in het begin van de 20ste eeuw vroeg om een permanente verbinding over de Nederrijn. De Rijnbrug werd gebouwd tussen 1932 en 1935. Bij de Duitse invasie in 1940 werd de brug opgeblazen door de Nederlandse defensie om de Duitse opmars te vertragen. Na de capitulatie lag er een tijdelijke pontonbrug terwijl de brug werd hersteld. In augustus 1944 was de brug klaar. 

De John Frostbrug, in de volksmond de Rijnbrug, is een belangrijke verkeersbrug en verbinding in de route van Arnhem-Noord naar Arnhem-Zuid en andersom. Tijdens de Tweede Wereldoorlog werd de stad het toneel van de Slag om Arnhem, een historische luchtlanding en veldslag die van 17 tot 25 september 1944 plaatsvond, als onderdeel van Operatie Market Garden. De brug over de Rijn was de laatste brug die tijdens Operatie Market Garden ingenomen moest worden. Als de geallieerden de brug konden veroveren zou de weg naar Duitsland openliggen. De luchtlandingstroepen moesten de brug vanuit het noorden bezetten, terwijl het geallieerde leger vanuit het zuiden optrok. Als enige eenheid van de gelande Britse troepen slaagde het bataljon van John Frost erin de noordzijde van de brug te veroveren. Hierna kwamen zij van twee kanten onder Duits vuur te liggen: van de Duitsers die de zuidzijde van de brug in handen hadden en van de Duitsers die vanaf het noorden het centrum van Arnhem heroverden. Uiteindelijk kwamen de geallieerden te laat om de brug in handen te nemen. Om te voorkomen dat Duitsers hun posities weer zouden innemen, werd de brug vernietigd door de luchtmacht van de geallieerden. De Slag om Arnhem liet veel verwoesting achter. Tijdens de wederopbouw herstelden de Arnhemmers de brug en kon vanaf 1950 weer gebruikt worden door verkeer. In 1978 werd de brug naar John Frost genoemd vanwege de moed en leiderschap die hij tijdens Operatie Market Garden had laten zien. De brug is sinds 2007 een rijksmonument. 

Jacobus Groenewoud was een Nederlandse militair die met de Britse divisie gedropt werd. Samen met zijn team was hij gestuurd om onder meer het lokale verzet te coördineren en inlichtingen te verzamelen tijdens de operatie. Groenewoud slaagde erin de Rijnbrug te bereiken en sneuvelde op 19 september 1944. Groenewoud werd postuum onderscheiden met de Militaire Willems-Orde. 

Ik fiets eerst even voorbij de John Frost brug en daar zie ik een melkfabriek, waarvan de hoge schouw opvalt. Juist naast de brug zie ik een oude pomp staan, die nu omgevormd is tot een kunstwerk. Het kunstwerk is gemaakt door Marcel Smink. Hij heeft de pomp als basis gebruikt en daar heeft hij een gezicht op gemaakt en vleugels. 'Het heeft wat weg van een sfinx'. 

Deze oude Amerikaanse dieselpomp heeft sinds de Tweede Wereldoorlog dienst gedaan in Arnhem. In de winter van 1947-1948 moest hij meteen werden ingezet om te voorkomen dat de binnenstad van Arnhem onder water zou lopen, maar werd bij de renovatie in 2011 weggehaald. De pomp is onlosmakelijk verbonden met de wederopbouw van Arnhem. 

Nadien rij ik nog eens met de fiets over de John Frostbrug, de stevige stalen constructie. Het is eigenlijk een staafboogbrug, bestaande uit circa 45000 m² staal. Aan het begin van de brug kan ik een monument zien en daarin is een bronzen plaat aangebracht. Op deze gedenkplaat staat in het Engels de oorlogsgeschiedenis van deze brug beschreven. Naast de brug zie ik op een plat dak een beeld van een koe alsof die op een groene weide ligt. Dit is een mooie decoratie op het dak. 

Nadien kom ik terecht op het Airborneplein dat na de Tweede Wereldoorlog is aangelegd aan de voet van de John Frostbrug. Het plein ligt lager dan de omringende verkeerswegen die later aangelegd werden, en wordt daarom ook wel de “Berenkuil“ genoemd. Er zijn vier toegangswegen naar dit plein en je kan er niet met de wagen rijden. Enkel te voet, met de fiets of bromfiets is het plein toegankelijk. Op dit plein is er een rotonde en in het midden van de rotonde bevindt zich het Airborne Monument dat het belangrijkste monument bij de jaarlijkse herdenking van de Slag om Arnhem is. Eigenlijk is het een grote blok uit gesteente waarop de datum van 17 september 1944 staat. Op 17 september 1945 vond hier de eerste herdenking plaats van de Slag om Arnhem. Het plein wordt omringd door een bakstenen muur. Aan het plein hangen twee reliëfs aan de muur, één van het Airbornesymbool Pegasus en één met de tekst "Battle of Arnhem 44, Bridge to the future 94". De leuningen van het plein zijn geschilderd in een bordeauxrode kleur, de achtergrondkleur van het wapenschild of embleem van de Britse 1e Luchtlandingsdivisie. Deze divisie landde bij Arnhem in 1944 met als doel de brug in te nemen. Rondom het Airborneplein, op een hoger niveau bevindt er zich een rotonde voor het wegverkeer. 

De volgende stop is op het Sint Walburgisplein waar ik de Sint Walburgis kerk zie. Dit is de oudste nog bestaande kerk in Arnhem. Het gebouw is niet meer als kerk in gebruik, maar wordt gebruikt als locatie voor tentoonstellingen, concerten, lezingen en diverse vieringen. De kerk is gebouwd in een eenvoudige gotische stijl en het gebouw kenmerkt zich aan de westzijde met zijn dubbeltorenfront. Bij de Slag om Arnhem in september 1944 brandde de kerk geheel uit. Na de oorlog werd de kerk herbouwd en uitgebreid. Ik zie hier op het plein ook nog een gevelreliëf dat het vooroorlogse Walburgisplein in herinnering brengt. 

Ik fiets nu terug naar de Eusebiuskerk en passeer het stadhuis van Arnhem. Naast het stadhuis zie ik een waterbak met verschillende fonteintjes. Bij het oorlogsgeweld in 1944-1945 werd een groot deel van de Arnhemse binnenstad verwoest en zo ook het stadhuis. Alleen het Duivelshuis bleef bijna geheel gespaard. Dat kan ik zien naast het nieuwe stadhuis. Het Duivelshuis is eigenlijk een stadskasteel uit de 16de eeuw. Het huis wordt tegenwoordig het Maarten van Rossum Huis genoemd en is onderdeel van het stadhuis. In het stadskasteel bevindt zich de werkkamer van de Arnhemse burgemeester.  

Ik vertrek nu richting rozet kwartier. Hier zien we het “Feestaardvarken” liggen op zijn rug in een grote zandbak. Zijn klauwen zijn duidelijk zichtbaar. Het Feestaardvarken is een enorm kunstwerk van Florentijn Hofman, dat Burger’s Zoo op 12 september 2013 schonk aan de gemeente Arnhem ter ere van zijn 100-jarig bestaan. Hofman liet zich inspireren door het aardvarken, een diersoort die in Nederland alleen in het Koninklijke Burgers’ Zoo gehouden wordt. Het kunstwerk werd neergelegd in het Bartok park, een pop-up park met de bedoeling om een naargeestig braakliggend terrein aantrekkelijker te maken. Met de komst van het Feestaardvarken (30 meter lang, 15 meter breed, 9 meter hoog en 150.000 kilo) werd het parkje en daarmee de Zuidelijke Binnenstad nog een fijnere plek om te toeven. Maar zowel het park als kunstwerk zouden er tijdelijk zijn. Maar het Feestaardvarken is ondertussen omarmd door de stad en iedereen wil het op de één of andere manier behouden. Ook de toeristen gaan op zoek naar het knuffelkunstwerk in Arnhem en weten het te vinden. De eigenaar van het stuk grond die zijn vierkante meters in bruikleen gaf voor park en kunstwerk, heeft zich ondertussen gemeld en er staan 55 woningen op stapel op het terrein. Het is nog niet bekend wanneer. Ondertussen wordt er óók zorgvuldig overlegd welke alternatieve plek een goede zou zijn voor het immense knuffelbeest, zodat het weer Arnhemse grootste interactieve kunstwerk in de openbare ruimte kan zijn. 

Tegenover het feestaardvarken zie ik de Rozet, een cultureel centrum gericht op cultuur, kennis en educatie. Het gebouw is ontworpen door Neutelings Riedijk Architecten en werd op 10 december 2013 officieel geopend door Prinses Beatrix. De naam dankt het gebouw aan het patroon rozet dat op diverse wijzen in het gebouw is verwerkt. In Rozet zijn onder andere de Openbare Bibliotheek, de Volksuniversiteit, het Erfgoedcentrum, Kunstbedrijf Arnhem en de Kunstuitleen gehuisvest. Het gebouw heeft een open uitstraling en veel uitzicht op de stad. Het heeft ook een functie als ontmoetingsplaats. 

Nadien fiets ik door het Korenkwartier. Opvallend waren de elektriciteitskasten die opgeknapt waren en beschilderd waren met vrolijke kleuren en prachtige figuren en tekeningen. Deze elektriciteitskasten waren door de jaren heen verwaarloosd en bestikkerd. Het gebruik van meer kleuren zorgt ervoor dat het Korenkwartier een ander gezicht krijgt. Deze ingrepen zorgen ervoor dat ook de horeca in deze buurt aantrekkelijker is. Onder de winkelstraten hier bevinden zich 36 eeuwenoude onderling met elkaar verbonden kelders. De Stichting Gilde Stadswandeling verzorgt het gehele jaar rondleidingen door deze kelders. 

Ik ga een kijkje nemen naar het station in Arnhem. Het nieuwe en moderne station is een architectonisch hoogstandje, waar internationale gezelschappen op af komen. Het huidige stationsgebouw is het vierde station op die plaats. Dit gebouw, naar het ontwerp van Ben van Berkel, werd in 2015 opgeleverd.  

Gelegen aan het Willmensplein kom ik een gebouw tegen met een gevelreliëf van verschillende dansende vrouwen. Dit gebouw was vroeger een voormalig filmtheater en het werd op 26 mei 1915 geopend. Na jaren van leegstand, na sluiting n.a.v. ernstige gewelddadigheden door bezoekers, is het nieuw leven ingeblazen als poppodium. Vele bekende namen traden hier al op. Het biedt plaats aan 250 bezoekers in de kleine bovenzaal en 750 bezoekers in de grote zaal. 

Vervolgens fiets ik naar het park Sonsbeek. Dit park is in de 19de eeuw aangelegd in de Engelse landschapsstijl. Het hoorde toen bij het grote landgoed Sonsbeek. Park Sonsbeek als landgoed bestaat ruim 250 jaar. In 1899 is het park door de gemeente aangekocht, waarna het openbaar toegankelijk werd. Bij het naderen van het park kan je in de verte een mooie witte stadsvilla zien. Dit is het bekendste park in de stad. Het ontleent zijn naam aan de gelijknamige beek die oorspronkelijk Sint-Jansbeek heette. Het is 67 ha groot en grenst in het noorden aan de parken Zijpendaal en Gulden Bodem. Deze drie parken sluiten nauw bij elkaar aan en zijn samen zo'n 200 ha groot. Het park is zeer geliefd door de Arnhemmers die hier dan ook graag komen om te sporten, luieren, picknicken of om even de drukte van de stad te ontvluchten. 

Ik ben een stuk van dit grote park gaan verkennen. Nabij de ingang aan de Apeldoornseweg zie ik verschillende herten in het hertenkamp met in de verte een chalet. Nadien ga ik eens van dichtbij de witte stadsvilla gaan bekijken. Het Grand Café van de Stadsvilla is de centrale ontmoetingsplek in de villa. Het gehele jaar is het goed vertoeven op het terras met uitzicht over het park en de stad Arnhem. Op verschillende plekken in het park kan je standbeelden of kunstwerken van kunstenaars vinden. Sinds 1949 worden met enige regelmaat grote tentoonstellingen in het park gehouden. Een aantal kunstwerken mochten na afloop van een tentoonstelling in het park blijven staan. Maar ook bij andere gelegenheden zijn er kunstwerken in het park geplaatst. Het meest opvallende kunstwerk is de luie koning nabij de witte stadsvilla die in het gras ligt met uitkijk op Arnhem stad. Een ander standbeeld dat ik tegen kom is het Lorentzmonument. Het is het standbeeld van Hendrik Antoon Lorentz, Nederlands natuurkundige en winnaar van de Nobelprijs, geboren in Arnhem. In de muren naast het beeld worden in reliëfs andere belangrijke fysici afgebeeld. Aan de karper-vijver zie ik nog een beeld van een vrouw op haar knieën naast de vijver. 

Ik fiets dan via de karper-vijver, een moerasweide en de fonteinvijver naar het Sonsbeek paviljoen. Nabij de fonteinvijver fiets je eerst over de druppelbrug, die boogvormig is en aan de andere kant van de fonteinvijver heb je de vlakke zwanenbrug. Op de reling van de brug kan je figuren van zwanen zien. Het Sonsbeek paviljoen is nu een Chinees restaurant waar je kan genieten van authentieke Chinese gerechten of Aziatische tapas. 

Nabij het Sonsbeek paviljoen zie ik de ingang van de “Steile tuin”. De Steile tuin van park Sonsbeek dankt zijn naam aan de grote hoogteverschillen met een helling van maar liefst 15%. Ik zie in het midden van de tuin een sterk oplopende trap. Door de golvende lijnen van de terrassen wordt dit hoogteverschil nog versterkt. In de 19de eeuw was dit ommuurde deel van het park de moestuin van baron Van Heeckeren, toen eigenaar van het park. In 1999 werd de Steile tuin aangelegd met bloemen en planten. Het park kreeg toen een flinke opknapbeurt ter gelegenheid van het feit dat Sonsbeek 100 jaar eigendom was van de gemeente.

Populaire posts van deze blog

Middelburg

Openluchtmuseum Arnhem